uit de kindermond

Om te vermijden dat ik deze vergeet...

Ik: "Voila Mosje, hier een beetje tofu voor jou. Zeg eens to-fu." 
Mos: "vlees". (okt. 2012) 

Ik: "Mos, je moet nu echt slapen!" 
Mos: "Maar mama, ik niet honger hoor." (mei 2013)

Mos: "De koe heeft deze melk heel mooi gemaakt hé met haar uier." (aug. 2013)

Ik: "Jongens, komen jullie dan eten?"
Mos: "Ja meisje" (aug. 2013)

Mos: "Kijk mama, een hele grote plasser voor onze deur!" (hij bedoelde een plas) (aug. 2013)

Ik: De juf zegt dat je niet zo veel zegt in de klas. Ben je misschien een beetje verlegen? 
Mos: Nee hoor, dat is gewoon omdat mijn benen altijd zo moe zijn. (dec. 2014)

Ik: Morgen mag je naar het sportkamp, Mos. Je mag dan je sportbroek, sporttrui en sportkousen aandoen. 
Mos: En mijn sportslip?  (dec. 2014)

"Mama, wil je mij naar boven dragen want ik ben zo moe dat mij benen bijna beneden blijven staan." (Mos, febr. 2015)

"Kijk, mijn haar is als een kerstboom!". (Mos keek deze morgen naar zichzelf in de spiegel) (febr. 2015)

We kijken naar de wereldkaart in de atlas. 
Mos: "Waar wonen wij?" Hier. (ik toon het bolletje van Parijs, voor de gemakkelijkheid). 
"En waar woont Arn?" (dat is zijn vriendje, woont hier een 3tal km vandaan)